Ex 34, 29-35. Mozes’ gelaat
29Toen Mozes de berg Sinai afdaalde met de twee stenen platen van het verbond, was hij zich er niet van bewust dat zijn gezicht glansde omdat hij met God gesproken had. 30 Maar Aäron en de overige Israëlieten zagen de glans op het gezicht van Mozes wel, en zij durfden hem niet te naderen. 31 Maar toen Mozes hen riep, kwamen Aäron en al de leiders van de gemeenschap naar hem toe. Mozes bracht hun verslag uit. 32Daarna kwamen al de Israëlieten naar hem toe. Hij hield hun alles voor wat de heer hem op de berg Sinai gezegd had. 33Toen Mozes zijn toespraak beëindigd had, deed hij een doekover zijn gezicht. 34 En telkens als Mozes naar de heer ging om met Hem te spreken, deed hij de doek af tot hij weer buiten kwam. Als hij dan, naar buiten gekomen, de Israëlieten ging meedelen wat zij moesten doen, 35 zagen zij de glans op zijn gezicht; dan deed hij de sluier weer over zijn gelaat, tot hij opnieuw naar binnen ging om met de heer te spreken.
Mozes is pas van de berg naar beneden gekomen waar hij opnieuw de stenen platen van de wet heeft ontvangen met het woord dat richting moet geven aan het leven van zijn volk. Hij heeft ze opnieuw ontvangen, nadat Israël de onthulling van de naam van God had verlaten: “De Heer is een barmhartige en genadige God, geduldig, groot in liefde en trouw”. Dan moet Mozes’ gelaat wel “stralen” nadat hij met de Heer heeft gesproken. Tot driemaal toe wordt gesproken over “de glans op zijn gezicht”. Je kunt luisteren, of beter nog, in gesprek gaan met God. Wanneer je dat doet, moet je gelaat wel stralen en de schoonheid van God en zijn barmhartigheid laten schijnen. Een triest en boos gezicht is geen teken van Gods aanwezigheid. Misschien doet Mozes daarom wel een doek voor zijn gezicht wanneer hij met de Israëlieten spreekt, om te voorkomen dat ze ondersteboven zijn van het sterke licht dat laat zien dat hij God ontmoet heeft. Denk eens terug aan onze dagen met hun talloze ontmoetingen en vraag je af: kan degene die wij ontmoeten op ons gezicht het licht van God zien die tot ons heeft gesproken? Laten we voor ogen houden dat anderen er nood aan hebben om via ons het licht van God te ontmoeten opdat ook zij in staat zijn om naar Hem te luisteren en betere mensen te worden.
Gebed met de heiligen